Menu Close

Heb jij de juiste reflexen?

Een studie van Vias (Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid) toont aan dat bijna 1 op de 4 Belgen nerveus wordt en verkeerd reageert wanneer een prioritair voertuig nadert. Uit een ander onderzoek van Vias blijkt ook dat 91 % van de Belgen het principe van het ritsen kent, maar dat slechts 77 % van de bestuurders het correct toepast.

Regels voor goed rijgedrag

Als alleen het blauwe zwaailicht aanstaat, moet je niets doen.

Je bent verplicht voorrang te verlenen als het voertuig een dringende missie heeft: de sirene én de zwaailichten staan aan. Dit is de juiste manier om te reageren:

  • Blijf kalm. 
  • Vermijd bruusk remmen.
  • Wijk uit, bij voorkeur naar rechts. Geef je intenties aan met je richtingaanwijzers en let op dat je daarbij geen andere weggebruikers in gevaar brengt.
  • Op het voetpad rijden is een overtreding, zelfs als je let op de veiligheid van de voetgangers.
  • Je moet de bevelen van een agent altijd opvolgen. Als hij/zij het bevel geeft om door een rood licht te rijden, moet je gehoorzamen. Prioritaire voertuigen moeten trouwens ook de bevelen van een bevoegd agent opvolgen.
  • Wees ook aandachtig voor andere weggebruikers nadat je het prioritaire voertuig hebt laten passeren en weer doorrijdt.
  • Vanaf 2021 is het in files verplicht om een ‘nooddoorgang’ te creëren om prioritaire voertuigen te laten passeren.
  • Stop niet midden op de weg of op tram- of treinsporen. Stop niet in een bocht (behalve op een parkeervak of veilig aan de kant van de weg). 
  • Ter herinnering: de wegcode verbiedt om een geblokkeerd kruispunt op te rijden, ook als er geen prioritair voertuig nadert).
  • Als je op de snelweg rijdt, ga dan naar het rechterrijvak zodra je kunt. Rijd nooit op de pechstrook, want soms wordt die door prioritaire voertuigen gebruikt. Als er file is, pas dan ook de regels van de ‘nooddoorgang voor prioritaire voertuigen’ toe.

Hoe maak je een ‘nooddoorgang’?

  • In files ben je verplicht een nooddoorgang te maken tussen het linker- en rechterrijvak door uiterst links of rechts te gaan rijden.
  • Als er te weinig ruimte is, mag je zelfs op de pechstrook gaan staan. 
  • Dankzij de nooddoorgang vermijden prioritaire voertuigen wisselaars of inritten, maar ook defecte voertuigen op de pechstrook.

Tips wanneer enkel het blauwe zwaailicht aanstaat: het is mogelijk dat de bestuurder van het prioritaire voertuig het geluidssignaal niet gebruikt voor het comfort van de vervoerde persoon.

  • Rijd normaal maar blijf oplettend. Houd het prioritaire voertuig goed in het oog en maak geen bruuske bewegingen.
  • Als de bestuurder met zijn lichten knippert, maak dan de rijweg vrij en verleen het voertuig onmiddellijk doorgang.
  • De bestuurder heeft een opdracht en zou op elk moment zijn sirene kunnen aanzetten. Zo kan de politie bijvoorbeeld een onverwacht manoeuvre uitvoeren (ze achtervolgen een persoon, merken hem/haar plots op in een zijstraat en rijden die in zonder hun richtingaanwijzer aan te zetten). Wees dus waakzaam. 

Belangrijk: ook al ben je een naast familielid van de persoon in de ziekenwagen, dan nog mag je het prioritaire voertuig niet volgen. De ziekenwagen leeft misschien de snelheidsbeperking niet na of negeert de verkeerslichten. Jij moet echter altijd het verkeersreglement respecteren.

Hoe pas je het principe van het ritsen correct toe?

23 % van de Belgische bestuurders leeft deze verkeersregel niet na. Dat is nochtans sinds 1 maart 2014 verplicht.

  • Deze regel is van toepassing wanneer een rijstrook wordt onderbroken.
  • Je moet rijden tot aan de versmalling om vervolgens in te voegen in de aangrenzende rijstrook.
  • De bestuurders die zich al op die rijstrook bevinden, moeten beurtelings één bestuurder laten invoegen.

 

Bronnen:
www.police.be
www.autogids.be
www.wegcode.be

Deel dit bericht:

Meer berichten: